16 mei 2016

Ook hoogbegaafde kinderen hebben recht op geluk

In de Volkskrant van 30 januari jl. schreef Pieter de Leeuw het artikel ‘Veel hoogbegaafde kinderen zijn vooral heel ongelukkig’. Zou particulier onderwijs in deze gevallen uitkomst kunnen bieden?

Het is moeilijk een hoogbegaafd kind in een klas van vijfentwintig of dertig leerlingen gelukkig te houden. Het heeft uitdaging nodig op het cognitieve vlak, veel herhaling maakt het ongelukkig. Wanneer het die uitdaging krijgt, wil het sparren over de stof om verder te kunnen komen. Bovendien rijzen er bij dit soort leerlingen veel vragen, maar voor beantwoording daarvan is in de regel geen tijd.

Een hoogbegaafd kind wil meer en sneller. Tegelijkertijd heeft de leerkracht de taak de onderwijsgang te bewaken. Daarom moeten er ook zaken als taalregels en rekenstrategieën aangeboden worden, die ook bij hoogbegaafde kinderen niet automatisch moeiteloos gaan.

Idealiter heeft een leerkracht de gelegenheid een analyse per kind te maken, om een onderwijspakket op maat samen te stellen. Daarbij moet natuurlijk de basisstof aangeboden worden, maar tegelijkertijd is er de zorg dat het hoogbegaafde kind gemotiveerd blijft.

Veel scholen in het reguliere onderwijs leveren op dit gebied goede prestaties, maar toch lopen veel leerkrachten tegen hun grenzen aan. Een hoogbegaafd kind vraagt immers veel tijd en aandacht. Het zou wenselijk zijn als er iedere dag tijd is om te kijken welke kant het op moet en waar er zo nodig bijgestuurd moet worden.

Het is noodzakelijk dat school en ouders daarbij nauw contact houden. De ouders kennen hun kind immers als geen ander en zij zijn de zoektocht om het hoogbegaafde kind gelukkig te houden al lang geleden begonnen. Soms zijn er sociale problemen ontstaan, doordat het kind zich anders voelt dan zijn klasgenoten en doordat zijn kwaliteiten niet gezien worden in de huidige schoolsituatie. In sommige gevallen zijn de spanningen zo hoog opgelopen, dat het hoogbegaafde kind helemaal niet meer naar school gaat. School dient zich er bewust van te zijn dat er een bijzondere inspanning vereist is om de schoolloopbaan goed te laten verlopen. Een escalatie, waarbij het kind in het ernstigste geval geen onderwijs meer volgt, moet voorkomen worden.

Instituut Blankestijn heeft ervaring met dit soort leerlingen. Ooit kregen we te maken met een kind uit groep 7 dat al maanden thuiszat. De ouders vroegen voor het kind twee dingen: zorg er alsjeblieft voor dat ons kind weer naar school gaat en daar plezier aan beleeft. Bovendien wilden ze graag dat hun kind op het beoogde vwo-niveau uit zou komen, ook al had hij al maanden geen onderwijs gevolgd. Wij moesten bekijken of we deze jongen mee konden nemen in onze groep en of we eventuele hiaten in zijn kennis konden bijwerken.

Dat de onderwijservaringen van het kind ingrijpende gevolgen hadden, werd al gauw duidelijk. Toen de jongen de leerkracht ontmoette, rende hij naar een andere kamer en verstopte zich achter de boekenkast. Maar uiteindelijk zette het kind toch de eerste stappen in de school. Daar was de overzichtelijke omgeving geruststellend. In de maanden erna bleek dat dat de rust, de aandacht en de structuur in de klas, voldoende waren om hem op vwo-niveau te brengen. Succesvol sloot hij zijn basisschoolperiode af.

Dit voorbeeld staat niet op zichzelf. Bij ieder kind is er een andere aanpak nodig om het tot leren te brengen. De gemene deler van al deze gevallen is dat we door de kleine groepen de tijd kunnen vinden om dagelijks goed naar de ontwikkeling van het kind te kijken. Op Instituut Blankestijn wordt nauw met ouders samengewerkt, waardoor we tegemoet kunnen komen aan specifieke onderwijsvragen. We leveren onderwijs op maat, in alle sectoren van het primair en het voortgezet onderwijs.

Graag helpen we ouders die meer willen voor hun kind dan het standaardpakket. Voor een afspraak kunt u gebruik maken van ons contactformulier of bellen voor een afspraak (030 – 2314541). Ook hoogbegaafde kinderen hebben recht op geluk. Daar kunnen we samen voor zorgen.

Angèle Meulen